Blaasmeridiaan - BL localisatie

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T11.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
0,1 cun mediaal en superior van de binnen-ooghoek. Dichtbij mediale grens oogbal.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Boven binnenooghoek. In de depressie aan de mediale zijde van de wenkbrauw.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun posterior van BL-6, 4 cun binnen de haargrens
1,5 cun lateraal van de middenlijn. Tussen BL-5 en BL-8 delen door 3, op de tweede derde.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Laterale zijde van de m. trapezius, 1,3 cun lateraal van DU-15
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T1. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T2. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T3. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T4. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T5. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Aan onderzijde T6. Op hoogste punt lange rechte rugspier.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T7.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T9.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T10.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T11.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde T12.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde L1
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde L2
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde L3
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde L4
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal vh doornuitsteeksel. Op hoogste punt lange rechte rugspier. Aan onderzijde L5
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun van de middenlijn, thv de eerste sacrale foramen
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal van de middenlijn, thv de tweede sacrale foramen
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal van de middenlijn, thv de derde sacrale foramen
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
1,5 cun lateraal van de middenlijn, thv de vierde sacrale foramen
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Op de eerste sacrale foramen.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Op de tweede sacrale foramen.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Op de derde sacrale foramen.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Op de vierde sacrale foramen.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Achterzijde knie, in de knieplooi en richting laterale einde, in de depressie mediaal van de pees van de bicep femoris. Lokaliseren met licht gebogen knie.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
Achterzijde knie, in de knieplooi, in een depressie halverwege tussen de pees van de bicep femoris en de semitendinosus.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van T3, t.h.v. BL-13.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van T4, t.h.v. BL-14.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van T5, t.h.v. BL-15.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van T9, t.h.v. BL-18.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van T11, t.h.v. BL-20.
BL-

vul in bijv. BL-1
welke punt op de blaasmeridiaan is te vinden op:
3 cun lateraal van de middenlijn, t.h.v. de onderrand van het doornuitsteeksel van L2, t.h.v. BL-23.
BL-