Jede Frage dieses Quiz ist zeitlich begrenzt. Drücke auf die Schaltfläche um das Quiz zu starten.
Het fenotype kun je zien, het genotype kun je niet zien.
Het genotype ontstaat door wat er op het fenotype staat en de invloeden uit het milieu.
Het genotype wordt bepaald op het moment van bevruchting.
Een bruine huid nadat je een dag op het strand bent geweest, is een verandering in je fenotype.
Als iemand dik wordt door teveel eten en te weinig bewegen, komt dat door het genotype.
Een vrouw heeft X-chromosomen, een man heeft Y-chromosomen.
De zaadcel bepaalt het geslacht van een nieuw organisme.
Mensen die een twee-eiige tweeling zijn hebben een verschillend genotype.
Eeneiige tweelingen zijn altijd meisjes.
In een cel in je neus ligt ook de informatie of je een jongen of een meisje bent opgeslagen.
Een chromosoom bestaat uit een heleboel genen.
Geslachtschromosomen komen alleen voor in de teelballen of de eierstokken.
Een dominant fenotype betekent altijd: een homozygoot genotype.
Homozygoot recessief kun je altijd zien aan het fenotype.
Voor een dominant fenotype maakt het niet uit, of een organisme homozygoot of heterozygoot is.
Homozygoot recessief schrijven we als aa.
Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r).
>>> Opa Bruens kan op grond van de stamboom homozygoot zijn voor de eigenschap rechtshandigheid.
>>> Zoon Michael kan zowel RR als Rr zijn.
Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r)
>>> De kans dat het 3e kind van vader en moeder Bruens linkshandig is, is 50%.
Bij een eeneiige tweelingen zijn twee zaadcellen betrokken geweest.