HRM 7-1

Beschreibung

HRM toetsen Quiz am HRM 7-1, erstellt von Wesley van Alphen am 29/03/2017.
Wesley van Alphen
Quiz von Wesley van Alphen, aktualisiert more than 1 year ago
Wesley van Alphen
Erstellt von Wesley van Alphen vor mehr als 7 Jahre
15
1

Zusammenfassung der Ressource

Frage 1

Frage
Stelling: Het onderscheid tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie is omstreden aangezien motivatie altijd meervoudig bepaald is (zowel door intrinsieke als extrinsieke factoren).
Antworten
  • True
  • False

Frage 2

Frage
Stelling: Medewerkers binnen het scientific management kunnen vooral op een intrinsieke manier gemotiveerd worden.
Antworten
  • True
  • False

Frage 3

Frage
Stelling: De motivatietheorie van Herzberg omtrent hygiënefactoren en motivatoren is een voorbeeld van een procestheorie.
Antworten
  • True
  • False

Frage 4

Frage
Stelling: McClelland omschrijft drie behoeften, waarbij vooral de behoefte aan macht voor organisaties erg interessant is.
Antworten
  • True
  • False

Frage 5

Frage
Stelling: De theorie van Herzberg stelt dat het de context- of hygiënefactoren zijn die als satisfier gelden voor medewerkers.
Antworten
  • True
  • False

Frage 6

Frage
De HRM-afdeling van een middelgroot marketingbureau wil aan de hand van prestatiebeloning de productiviteit opschroeven. Welke van de onderstaande theorieën kan hen het best helpen om te bepalen of prestatiebeloning een kans van slagen heeft?
Antworten
  • de goalsettingtheorie van Locke en Latham
  • de vergelijkingstheorie van Adams
  • de behoeftetheorie van Maslow
  • de verwachtingstheorie van Vrrom

Frage 7

Frage
Binnen welke theoretische stroming zijn de termen redelijkheid en billijkheid het meest op zijn plek?
Antworten
  • de behoeftetheorie van Maslow
  • de goalsettingtheorie van Locke en Latham
  • de verwachtingstheorie van Vroom
  • de vergelijkingstheorie van Adams

Frage 8

Frage
Op welke van de volgende theorieën sluit de goalsettingtheorie van Locke en Latham het best aan?
Antworten
  • De motivatietheorie van Vroom, omdat de goalsettingtheorie ervan uitgaat dat medewerkers direct gemotiveerd kunnen worden door beloning.
  • De motivatietheorie van Maslow, omdat Locke en Latham ook uitgaan van een hiërarchische opbouw van menselijke behoeften.
  • De vergelijkingstheorie van Adams, omdat Locke en Latham, net als Adams, zich bewust zijn van het rechtvaardigheidsvraagstuk bij arbeidsmotivatie.
  • Geen van de gegeven theorieën sluit aan op de goalsettingtheorie van Locke en Latham.

Frage 9

Frage
Stelling: Bij een zzp'er (zelfstandige zonder personeel) zal de relatie met zijn opdrachtgever meer gericht zijn op 'binden' dan op 'boeien'
Antworten
  • True
  • False

Frage 10

Frage
Stelling: Van Hoof heeft in 2003 een lijst opgesteld van zaken die medewerkers belangrijk vinden in hun werk. Eén van de conclusies is dat in 2000 ten opzichte van 1981 weinig veranderd is in dat wat medewerkers belangrijk vinden in hun werk.
Antworten
  • True
  • False

Frage 11

Frage
Van Hoof heeft in 2003 een lijst opgesteld van zaken die medewerkers belangrijk vinden in hun werk. Welke van de onderstaande uitspraken is/zijn juist?
Antworten
  • Jongeren met een lagere opleiding hechten veel belang aan interessant werk.
  • Hoger opgeleiden hebben minder behoefte aan goede relaties met collega's en een goede werksfeer.
  • Vrouwen vinden een goede beloning minder belangrijk dan mannen.
  • Hoger opgeleiden blijken een meer intrinsieke oriëntatie op het werk te hebben dan lager opgeleiden.

Frage 12

Frage
Stelling: De kunst is ervoor te zorgen dat iedere arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemer klopt en blijft kloppen. Dat kan alleen als beide partijen voortdurend investeren in het wederzijds psychologisch contract.
Antworten
  • True
  • False

Frage 13

Frage
Huiskamp (2002) spreekt in het kader van het psychologisch contract over 'het derde contract'. Welke andere twee contracttypen worden door Huisman aangeduid?
Antworten
  • de individuele arbeidsovereenkomst en de cao
  • de uitzendovereenkomst en het flexcontract
  • de cao en het prestatiecontract
  • de payrollconstructie en de overeenkomst van opdracht

Frage 14

Frage
Bij welk type medewerker zoals beschreven door Lepak en Snell kenmerkt het contract zich in veel gevallen door een combinatie van transactionele en relationele elementen?
Antworten
  • ondersteunend personeel
  • kernmedewerkers
  • professionals
  • ondersteunende specialisten

Frage 15

Frage
Stelling: Kenmerkend voor de onderschikkingsstrategie is dat de werkgever de werknemer vertelt wat hij moet doen.
Antworten
  • True
  • False

Frage 16

Frage
Stelling: De betrokkenheidsstrategie past beter binnen de huidige arbeidsmarktomgeving dan de onderschikkingsstrategie vanwege het feit dat de betrokkenheidsstrategie meer kansen biedt om medewerkers zelfstandig en creatief te laten werken.
Antworten
  • True
  • False
Zusammenfassung anzeigen Zusammenfassung ausblenden

ähnlicher Inhalt

Deutsche Bundesländer und ihre Hauptstädte
max.grassl
Klausurvorbereitung
AntonS
PuKW Step 6 Teil 1
Mona Les
Epochen und Literaturströmungen für das Abitur 2015
barbara91
Zivilrecht - Streite Sachenrecht
myJurazone
Flipped Classroom Modell
Laura Overhoff
Der elektrische Stromkreis
Robert Mairginter
Histo Physikum 2016
Ju Pi
Vetie Immunologie Altfragen
Rebecca Bindewald
Vetie Para 2015 Nachholprüfung
Larissa Görz
Reprospass 4
S J