21671462
Description
Quiz by Sieuwert van Otterloo, updated more than 1 year ago
|
Created by Sieuwert van Otterloo
over 4 years ago
|
|
Question 1
Question
Scrum heeft een aantal vast omschreven rollen. Van de onderstaande rollen bestaan er twee in Scrum. Welke twee van de onderstaande rollen bestaan in scrum?
Answer
-
Product manager
-
Product owner
-
Scrum master
-
Project manager
-
Lead developer
-
Scrum owner
Question 2
Question
Welke drie gebeurtenissen zijn Scrum gebeurtenissen?
Answer
-
Sprint planningsbijeenkomst
-
Team-overleg
-
Sprint opening
-
Sprint review
-
Sprint demo
-
Sprint retrospective
Question 3
Question
Welke twee mensen zijn auteurs van de scrum guide?
Answer
-
Kent Beck
-
Alistair Cockburn
-
Martin Fowler
-
Ken Schwaber
-
Jeff Sutherland
Question 4
Question
Welke taak van de onderstaande taken wordt uitgevoerd door de scrum master?
Answer
-
contact houden met belanghebbenden
-
zorgen voor een goede product backlog
-
Het maximaliseren van de waarde van het product
-
Het promoten en ondersteunen van Scrum
Question 5
Question
Het schatten van de inspanning van Product Backlog items is een belangrijke scrum taak. Wie is er verantwoordelijk voor het schatten?
Answer
-
De Product owner
-
De Scrum master
-
Het development team
-
De product owner en ontwikkelteam samen
Question 6
Question
Wie heeft als taak om belemmeringen (‘impediments’) in de voortgang van het Ontwikkelteam te verwijderen
Answer
-
De Product owner
-
De Scrum master
-
Het Ontwikkelteam
-
Het Scrum team
Question 7
Question
Hebben 'scrum-gebeurtenissen' (bijeenkomsten) een maximale tijdsduur?
Answer
-
Ja, de maximale lengte van elke gebeurtenis staat vast en kan niet aangepast worden
-
Nee, elke gebeurtenis heeft een geplande lengte maar deze kan aangepast worden als de omstandigheden daarom vragen
-
Nee, de gebeurtenis duurt zo lang als nodig is om de geplande doelen te bereiken
-
Nee, de lengte van gebeurtenis wordt door de aanwezige Scrum Team leden bepaald
Question 8
Question
Hoe lang mag een sprint zijn?
Answer
-
Maximaal een week
-
Maximaal drie weken
-
Maximaal één maand
-
De lengte is variabel
Question 9
Question
Wie bepaalt het aantal items dat in de Sprint Planning wordt geselecteerd?
Answer
-
De Product owner
-
De Scrum master
-
Het Ontwikkelteam
-
De product owner en ontwikkelteam samen
-
Het scrum team
Question 10
Question
Worden binnen het development team de titels ontwerper, developer en tester erkend?
Answer
-
Ja, deze worden altijd gebruikt
-
Ja, deze mogen worden gebruikt als dit past bij de organisatie
-
Nee, Scrum erkent geen titels voor ontwikkelteam-leden
-
Nee, het development team kan alleen developers bevatten
Question 11
Question
Stel drie Scrum teams werken aan één product. Hoeveel product backlogs zijn er dan?
Answer
-
Er mag maar één product backlog zijn
-
Er moeten drie product backlogs zijn
-
Er kunnen 1 of 3 product backlogs zijn
-
Er kunnen 1,2 of 3 product backlogs zijn
Question 12
Question
Kan een sprint worden afgebroken voordat de sprint timebox voorbij is?
Answer
-
Nee, de sprint kan niet worden afgebroken
-
Ja. De Product Owner heeft de autoriteit om een Sprint af te breken
-
Ja. De Scrum Master heeft de autoriteit om een Sprint af te breken
-
Ja. Het ontwikkelteam heeft de autoriteit om een Sprint af te breken
Question 13
Question
Mag de Sprint backlog ook procesverbeteringen bevatten?
Answer
-
Nee, De Sprint Backlog bevat alleen items van de product backlog
-
Nee, De Sprint Backlog bevat alleen taken voor het ontwikkelteam
-
Ja, incidenteel kunnen procesverbeteringen op de sprint backlog worden geplaatst
-
Ja, elke sprint hoort de sprint backlog minimaal één procesverbetering bevatten
Question 14
Question
Moet een product increment aan het eind van elke sprint in bruikbare conditie zijn?
Answer
-
Nee, dat moet alleen als dat in de Sprint planning afgesproken is
-
Nee, het ontwikkelteam bepaalt of het mogelijk is om een product increment in bruikbare conditie op te leveren
-
Ja, elke sprint moet een increment in bruikbare conditie opleveren
Want to create your own Quizzes for free with GoConqr? Learn more.