Frage 1
Frage
Hij heeft een zus, Linda.
Linda is [blank_start]zijn[blank_end] zus.
Frage 2
Frage
Lieve en Wout hebben een dochter.
Noortje is [blank_start]hun[blank_end] dochter.
Frage 3
Frage
Ik heb twee katten.
[blank_start]Mijn[blank_end] katten heten Mimi en Streep.
Frage 4
Frage
U heeft een fiets.
Is [blank_start]uw[blank_end] fiets rood of blauw?
Frage 5
Frage
Marie heeft twee kinderen:
[blank_start]haar[blank_end] dochter heet Eva en [blank_start]haar[blank_end] zoon heet Seppe.
Frage 6
Frage
Hebben jullie een computer?
Is [blank_start]jullie[blank_end] computer een laptop of een desktop PC?
Frage 7
Frage
Ik heb een woordenboek.
[blank_start]Mijn[blank_end] woordenboek heeft 10000 woorden.
Frage 8
Frage
Wij hebben een kind.
[blank_start]Ons[blank_end] kind is vijf jaar oud.
Frage 9
Frage
Jullie hebben vier broers.
[blank_start]Jullie[blank_end] broers heten Jonas, David, Martijn en Olivier.
Frage 10
Frage
Ik heb een huis.
[blank_start]Mijn[blank_end] huis is oranje.
Frage 11
Frage
De dokters hebben een nieuw telefoonnummer.
[blank_start]Hun[blank_end] telefoonnummer is 055 32...
Frage 12
Frage
Mijn dochter heeft een laptop.
[blank_start]Haar[blank_end] laptop heeft een diameter van 15".
Frage 13
Frage
Mijn zus Els heeft een konijn.
[blank_start]Haar[blank_end] konijn heet Lappie.
Frage 14
Frage
Tante Nina heeft drie honden. [blank_start]Haar[blank_end] honden heten Blos, Blaf en Blep.
[blank_start]Hun[blank_end] namen beginnen met de letters "BL".
Frage 15
Frage
Jullie hebben een cadeau.
Het is [blank_start]jullie[blank_end] cadeau.
Frage 16
Frage
Zij heeft een zak.
Het is [blank_start]haar[blank_end] favoriete zak.
Frage 17
Frage
Hij heeft een boek.
Het is [blank_start]zijn[blank_end] boek.
Frage 18
Frage
Ze hebben een pen.
Het is [blank_start]hun[blank_end] pen.
Frage 19
Frage
Wij hebben twee moedertalen...
[blank_start]Onze[blank_end] moedertalen zijn Nederlands en Duits.
Frage 20
Frage
Hebben we stoelen?
Waar zijn [blank_start]onze[blank_end] stoelen?
Frage 21
Frage
We hebben geen blauwe pen of potlood!
[blank_start]Onze[blank_end] pen is zwart en [blank_start]ons[blank_end] potlood is groen.
Frage 22
Frage
Wij hebben computers.
Ik heb een HP-computer; [blank_start]jouw[blank_end] computer is een Lenovo-computer.
Frage 23
Frage
Ik heb een woordenboek.
Het is [blank_start]mijn[blank_end] woordenboek.
Frage 24
Frage
Jij en Anna, jullie hebben veel papieren. Jullie sorteren [blank_start]jullie[blank_end] papieren alfabetisch...
Jullie sorteren [blank_start]haar[blank_end] papieren onder "A" en [blank_start]jouw[blank_end] papieren onder "T".
Frage 25
Frage
Jouw moeder heeft een broer.
[blank_start]Haar[blank_end] broer is [blank_start]jouw[blank_end] oom.
Frage 26
Frage
Mijn vader heeft een zus.
[blank_start]Zijn[blank_end] zus is [blank_start]mijn[blank_end] tante.