28864947
Descripción
Fichas por William Mer, actualizado hace más de 1 año
|
Creado por William Mer
hace casi 4 años
|
|
| Pregunta | Respuesta |
| Dakruiter | Torentje, vaak van hout, dat wordt geplaatst op de nok van het dak. Soms met een klok. |
| Decorated style | De hoog-gotische periode in Engeland. Ca. 1270 tot midden 14e eeuw. Overheersend gebruik van siervormen. |
| Dipteros | Griekse of Romeinse tempel, die omringd is door een dubbele zuilenrij . |
| Donjon |
Grote woontoren van de middeleeuwse burcht, vooral in Frankrijk (Loches).
Image:
Donjon (binary/octet-stream)
|
| Dorische Orde | Zie Orde |
| Dorische Zuil | Sedert ca. de 7e eeuw v. Chr. in plaats van houten stutten ontwikkelde Griekse zuilvorm. Opgebouwd uit verschillende boven elkaar geplaatste ronde stukken, de trommels. Het totaal van deze trommels vormt de schacht. Deze schacht verjongt naar boven, d.w.z. wordt smaller, De bovendoorsnede is dus kleiner dan die beneden. De verjonging is niet regelmatig, maar zo, dat de omtreklijn van de schacht een flauwe bocht maakt. De zuil Oe schijnt dus te zwellen (zie Entasis), en geeft de indruk SADA TSC samengedrukt te worden onder de dmuk van de ondersteunende delen. De schacht wordt in haar gehele lengte door ondiepe inkepingen geleed, de zgn. cannelures die in scherpe randen tegen elkaar stoten. in de regel zijn er 16 O 20 cannelures. Boven wordt de schacht door het Sia zuilhoofd (zie Kapiteel) gesloten. |
| Dormtorium | (Latijns: dormire = slapen) : De slaapzaal van een klooster |
| Drie-Asidenkoor | Koorpartij van een kerke waarbij drie halfronde absides naast elkaar liggen. |
| Driepas | Uit drie driekwartcirkels = gevormde klaverbladachtige vorm van het maaswerk in vensters, zie Pas. -DR |
| Drieschelpenkoor / Klaverbladkoor | (eig, Klaverbladkoor) : Oostelijk deel van een kerk, waarbij het koor aan drie zijden, of koor en dwarsarnen door halfronde ruimten (absides of schelpen) worden afgesloten. Komt voor in de Keulse romaniek. |
| Dubbelantentempel | Tempel met aan voor- en achterzijde anten. |
| Dubbelkapel | Kapel van over het algemeen een burcht, met twee bouwlagen, waarvan de bovenste bestemd was voor de heren, terwijl de onderste voor de dienaren bestemd was. Beiden moeten de dienst kunnen horen, maar elkaar niet zien (Ste. Chapelle, Parijs). |
| Dubbelkorig |
Kerkbouw, die zowel aan oost- als wesizijde een koor heeft. De ingang is dan aan de zijkant van de kerk. Vooral in Duitse romaniek (Munster).
Image:
Zadeldak (Enclavar)
|
| Dwarshuis / Dwarsship | Het dwars op de lengterichting Van de kerk staande deel, met of zonder zijschepen. In het laatste geval noemt men het dwarsschip . Bij dubbelkorige kerken komen een oostelijk en westelijk D. voor. In de Engelse gotiek vindt men vaak een dubbel D. Het D. bevindt zich gewoonlijk tassen schip en koor. |
| Dwerggalerij | Rondomlopende lage zuilengangen onder de daklijst van romaanse gebouwen. Vooral in het Rijnland en in Boven-ttalil. |
¿Quieres crear tus propias Fichas gratiscon GoConqr? Más información.